Bedrag van studietoelage en bijbehorende financiële voordelen
Elk jaar zijn er andere studietoelagebedragen. Deze worden jaarlijks aangepast aan de index. De hoogte van het bedrag hangt af van het aantal studiepunten waarvoor je ingeschreven bent en de hoogte van je gezinsinkomen. Kotstudenten ontvangen een hoger bedrag.
Bedragen academiejaar 2024-2025
Toelagebedrag voor voltijds studietraject (60 studiepunten)
- Minimumtoelage
- 327,97 euro als je op kot gaat
- 327,97 euro als je niet op kot gaat
- Volledige studietoelage
- 5.075,54 euro als je op kot gaat
- 3.046,30 euro als je niet op kot gaat
- Uitzonderlijke studietoelage
- 6.833,53 euro als je op kot gaat
- 4.420,62 euro als je niet op kot gaat
Bedragen andere academiejaren
Berekening van het bedrag
Het bedrag van je studietoelage hangt af van de hoogte van je gezinsinkomen en van het aantal geregistreerde studiepunten.
- Stap 1
Aan de hand van de grootte van je leefeenheid (de gezinslast) en het referentie-inkomen (de financiële draagkracht van je gezin), wordt voor elke student een minimum- en een maximumgrens van inkomen bepaald.
Minimumtoelage
Je krijgt de minimum-studietoelage:
- als je gezinsinkomen gelijk is aan de maximumgrens van inkomen
Maximumtoelage
Je krijgt de maximum-studietoelage:
- als je gezinsinkomen lager is of gelijk aan de minimumgrens van inkomen
- of als je een pleegkind bent
- of als je helemaal geen inkomen hebt: in dit geval wordt je studietoelage berekend op basis van 0 euro inkomsten en bestaat de kans dat je zelfs de uitzonderlijke studietoelage krijgt.
Uitzonderlijke studietoelage
Deze studietoelage is hoger dan de volledige studietoelage en wordt heel uitzonderlijk toegekend.
Je moet voldoen aan de volgende 2 voorwaarden:
- het gezinsinkomen is lager of gelijk aan 1/10 van de maximumgrens van inkomen
en - één van de volgende situaties
- je hebt het statuut van gehuwd student, zelfstandig student of alleenstaand student
- het gezinsinkomen bestaat:
- voor minstens 70% uit alimentatiegelden
- of voor minstens 70% uit een leefloon
- of voor minstens 70% uit een inkomensvervangende tegemoetkoming aan gehandicapten
- of voor minstens 70% uit vervangingsinkomsten.
- Vervangingsinkomsten zijn: werkloosheidsuitkeringen, vergoedingen uitgekeerd bij ziekte of invaliditeit en andere vervangingsinkomsten verkregen door eerder uitgeoefende beroepsactiviteit zoals brugpensioen, loopbaanonderbreking of tijdskrediet.
- Worden niet beschouwd als een vervangingsinkomen: pensioenen, leefloon en inkomens vervangende tegemoetkoming uitgekeerd aan gehandicapten (IVT).
Gedeeltelijke studietoelage
Ligt je gezinsinkomen tussen de minimumgrens en de maximumgrens van inkomen, dan zal je toelagebedrag tussen de minimum- en maximumtoelage liggen.
Berekening:
- Toelagebedrag voor een niet-kotstudent = [(maximumgrens - referentie-inkomen) / (maximumgrens - minimumgrens)] X volledige toelage niet-kot.
- Toelagebedrag voor een kotstudent = [(maximumgrens - referentie-inkomen) / (maximumgrens - minimumgrens)] X volledige toelage kot.
Het resultaat rond je af op 2 cijfers na de komma. Is het resultaat lager dan de minimumtoelage, dan ontvang je toch de minimumtoelage.
- Stap 2
De bovenstaande bedragen gelden voor studenten die zich voor een voltijds studietraject inschrijven, dus 60 studiepunten.
- Je kan ook meer studiepunten opnemen dan 60, maar je kan maar maximaal voor 60 studiepunten per academiejaar een studietoelage krijgen.
- Voorbeeld: je totale inschrijving bedraagt 70 studiepunten. Dan krijg je maar een toelage voor 60 studiepunten.
- Je kan ook minder studiepunten opnemen. Dan wordt het eindbedrag verrekend met het aantal studiepunten.
Vergeet niet, om in aanmerking te komen voor een studietoelage moet je minimaal 27 studiepunten opnemen.- Verrekening bij kotstudenten:
- 30% van het bedrag blijft
- de resterende 70% gaat men vermenigvuldigen met het aantal toelagegerechtigde studiepunten en delen door 60.
- Verrekening bij niet-kotstudenten:
- 20% van het bedrag blijft
- de resterende 80% gaat men vermenigvuldigen met het aantal toelagegerechtigde studiepunten en delen door 60.
- Het eindbedrag is nooit minder dan de minimumtoelage.
- Verrekening bij kotstudenten:
- Voor de berekening van je studietoelage moet je altijd rekening houden met het krediet dat je nog overhebt.
- Voorbeeld: als je een voltijds studietraject volgt maar nog slechts 30 studiepunten overhebt op je krediet, dan ontvang je een studietoelage voor 30 studiepunten.
- Je kan ook meer studiepunten opnemen dan 60, maar je kan maar maximaal voor 60 studiepunten per academiejaar een studietoelage krijgen.
Voorbeelden berekening studietoelage voor academiejaar 2024-2025
Voorschot
Kom je in aanmerking voor een studietoelage en heb je de financiële steun dringend nodig? Dan kan je misschien al een voorschot ontvangen van de studentenvoorzieningen van je onderwijsinstelling. Dat is een gedeelte van het toelagebedrag.
Extra financiëel voordeel: verminderd studiegeld
Als je in aanmerking komt voor een studietoelage, dan betaal je automatisch op het laagste inschrijvingstarief aan je hogeschool of universiteit. Ook als je niet voldoet aan de voorwaarden om een studietoelage te krijgen, kan je onderwijsinstelling beslissen om het inschrijvingstarief aan te passen. Je moet dan verminderd studiegeld betalen.
Je betaalt verminderd studiegeld als:
- je gezinsinkomen maar een bepaald bedrag boven de maximumgrens ligt
- je bent, maar niet voldoet aan de extra vereisten voor een studietoelage
- je opleiding wel erkend is, maar je onvoldoende studiepunten hebt om in te zetten voor een studietoelage.